Om 07:40 begonnen met lopen. Onderaan de route was een registratieformulier, in een afgesloten box. Opvallend was dat op 1 velletje papier alle registraties vanaf 2015 pasten. In 2019 waren er nog maar 6 registraties of zo. Eén daarvan viel op: iemand had als doel van de trip opgeschreven ‘QM cabin’. Ik weet dat er een park cabin is bij het Queen Mary lake, maar cabins zijn toch voor parkwachters? Ik begon langzaam een beetje hoop te krijgen dat die cabin misschien wel voor algemeen gebruik zou kunnen zijn. Nou ja, we zien wel. De route voorziet in vele crossings van de Queen Mary creek, waarna een stevige klim volgt. Netto moet ik 680 meter omhoog. Vooral tegen dat laatste zie ik op. De riviercrossings blijken allemaal vrij eenvoudig. Niets boven de knieën:
De klim viel, zoals verwacht, tegen. Omstreeks 14:00 uur zie ik het Queen Mary lake opdoemen. En ik zie een cabin. Ik ga er naartoe en zie dat het dichtgespijkerd is. ‘Private property’. Grrr. En dit was inderdaad de foto die ik tijdens de voorbereidingen thuis was tegengekomen als ‘de park cabin’. Maar er zat mij wel iets dwars: deze cabin staat niet op de plaats die is aangegeven op de officiële parkinformatie. Daarop staat een cabin verderop aan het meer.
Ik besluit om in die richting te gaan lopen. Ik zie in de verte in ieder geval een mooi grasveldje waar ik mijn tent zou kunnen opzetten. Tot mijn grote vreugde trof ik nóg een cabin aan aan het meer:
En waar ik nog blijer van werd: er stond een groot plakkaat op met daarop ‘for public use’. Ik heb de luiken van de ramen gehaald, de kachel aangestoken met het ruim beschikbare brandhout en heb mijn bezwete kleding gewisseld voor schone. Ik hoef vandaag geen tent op te zetten!
Ik besloot meteen dat ik hier nog een extra dag ging blijven. Dit is te mooi om meteen weer achter me te laten. De omgeving bleek uiterst fotogeniek, zeg maar gerust compleet off the chart-mooi:
’s Avonds heb de olielamp aangestoken en lekker bij de warme kachel gezeten.